De Historie van de Wijk
Uit de oudste bron in de archieven, uit 1144, was bekend dat er in het gebied waar de huidige wijk Haagsittard ligt een middeleeuwse nederzetting “Hagensitert” bestond. In 1980 vond ROB-correspondent Guus Roebroek grote hoeveelheden scherven van middeleeuws aardewerk op een akker ten zuid-zuidoosten van de Hoeve Haagsittard. Hij was geïnteresseerd geraakt omdat in de jaren 50 al boeiende vondsten waren gedaan op de akkers.
Proefsleuven
In 1982 werd bij de aanleg van de wijk Lahrhof een grafveld van mogelijk meer dan 100 graven ontdekt uit de Merovingische tijd (500-700 na Christus). Het lag tussen de Wehrerweg en de Lahrweg ten noordwesten van de boerderij de Lahrhof. Waarschijnlijk heeft daar een nederzetting bij gehoord van 80 tot 90 mensen. In 1984 werd daarom door de gemeente besloten tot een opgraving met proefsleuven. Hierbij werden nederzettingssporen gevonden: paalgaten (grondverkleuringen waar palen van houten huizen hebben gestaan), afvalkuilen en een waterput. De omvang van de nederzetting was ongeveer 75 bij 50 meer en had bestaan van de vroege 12e tot het midden van de 14e eeuw.
Vanwege de stadsuitbreiding HaagsittardPark werd in 1990 door de ROB (Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek), nu RCE (Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed) archeologisch onderzoek verricht rondom de Hoeve Haagsittard. Het doel was om de middeleeuwse nederzetting die daar ooit had gelegen, in kaart te brengen. De plek waar gegraven werd was aan de westkant van de weg Haagsittard, ten zuiden van de Hoeve Haagsittard. Deze nog bestaande hoeve is het laatste bewijs van de nederzetting die in totaal 3 ha groot is geweest.
Merovingische woning
In 1990 is ook Merovingische bewoning ontdekt van 500- 700 na Christus. Hoewel in de jaren daarvoor al heel veel scherven waren gevonden rondom de hoeve Haagsittard werden er toen 550 Merovingische scherven gevonden, het meest rondom de grote hoeve (14 x 7m) vlakbij de huidige hoeve. Er is ook een erf gevonden dat mogelijk uit de Karolingische periode is. Aan de noordeinde van dit terrein werden twee graven uit de Merovingische tijd gevonden, met grafgiften (o.a. glazen en barnstenen kralen, bronzen ringen, potten, gordelbeslag, een speerpunt). Verder een kleine hoeveelheid aardewerk uit de 8e, 9e en 10e eeuw. In totaal zijn er meer dan 36.000 aardewerkscherven gevonden. De meeste uit de 11e en 12 eeuw (het zogenaamde Brunssum-Schinveld-aardewerk). Maar de meest bijzondere vondst is een drievoetige tinnen kandelaar met opengewerkte mens-dierversiering, waarschijnlijk12e-eeuws. (zie foto). De fraaie versiering met figuurtjes en dieren lijkt te wijzen op een rijke bezitter.
De nederzetting ‘Hagesitert’ breidt zich uit.
Voorgaande en andere vondsen geven aan dat gebied rondom het huidige Stadsvoogdplein en de hoeve Haagsittard al vanaf de IJzertijd (ca 500 voor Christus) bewoond was. Er zijn sporen gevonden van (ondergrondse) opslag-plaatsen voor hooi en graan (akkergras, spelttarwe, linzen), en ijzertijd-aardewerk. In de Romeinse tijd was deze regio ook bewoond. Overal zijn Romeinse aardewerkscherven gevonden. De vroeg-Middeleeuwse bewoning begint in de 7e eeuw: de Merovingische tijd. De Merovingische nederzetting ligt haaks op de holle weg Haagsittard waar nu nog de hoeve Haagsittard aan ligt. Ook zijn er veel scherven (ruim 800) gevonden die dateren uit de 8e tm 10e eeuw, de Karolingische tijd. Er zijn aanwijzingen dat toen op die plek een grote boerderij heeft gestaan van maar liefst 23 bij 6 meter. Voor zover we kunnen uitgaan van de bodemvondsten, hadden die huizen afgescheiden erven. Ze stonden haaks op de holle weg. De grote hoeveelheid scherven uit de 11e en vooral de 12e eeuw geeft aan dat de nederzetting toen heel hard is gaan groeien: de stad Sittard breidde zich uit en er was meer platteland nodig voor het leveren van voedsel en ambachtslieden. De nederzetting ‘Hagensitert’ profiteerde hiervan omdat ze op heel vruchtbare löss-grond stond. De nederzetting bestond volgens plattegronden toen uit vijf boerenhoeven van 20 bij 7 meter en 12 bij 5 meter. We hebben er hutkommen, waterputten en ovens (waarschijnlijk broodovens) gevonden en resten van mogelijk een smidse omdat er ijzerslakken zijn gevonden. In 1270 schenkt Jutta, vrouwe van Sittard, de hoeve Haagsittarderhof aan het kapittel van de Dom van Aken. Oorkonden uit begin 14e eeuw hebben het over nog tenminste drie hoeven. Na de 14e eeuw hebben we weinig grondsporen gevonden. We gaan er van uit dat de nederzetting dan is geslonken tot één huis, wellicht voorloper van de hoeve die er nu nog staat. En er zijn bouwtekeningen bekend van de 16e eeuw van deze plek. Dus eigenlijk is dit gebied bewoond geweest vanaf de 5e eeuw tot heden.
Wijknaam Haagsittard
Uit 1144 zijn al vermeldingen van “Hagensitert”: de proosdij van Millen blijkt grond te bezitten in Hagensitert. De naam Hagensitert betekent: bij een bos (Haga=bos) en tegen een helling of heuvel, in dit geval de Kollenberg (Sitter= plek tegen).